top of page
Zoeken

Het bos en de bomen – vijf gezinsprofielen en hun aanpak

door J. Metz


Doorvragen en het belang van een goede analyse

Gevoelens van schuld en schaamte bij de cliënten komen veel voor. Ook professionals voelen zich regelmatig bezwaard om geweld ter sprake te brengen. Toch is dit nodig om patronen te gaan doorbreken. Wanneer jij ruimte hebt om te luisteren, kan je de ander uitnodigen om te vertellen. ‘Praat erover’ is niet voor niets de eerste stap naar verandering. Nodig mensen uit om met je in gesprek te gaan over hun ervaringen, ook als ze twijfelen of die ervaring normaal of grensoverschrijdend is. Het kan zomaar gebeuren dat je eigen overtuiging jouw blinde vlek wordt. Voorbeelden van soortgelijke overtuigingen zijn ‘geweld ontstaat altijd uit onmacht’, ‘ze zal hem wel leuk vinden’, ‘als ik dat zou meemaken zou ik meteen vertrekken’, ‘alle ouders willen het beste voor hun kind’. Je hoeft jouw overtuiging niet aan te passen, maar wees je er wel steeds van bewust dat het jóuw overtuiging is. Dat maakt het nog geen weergave van de feiten. Dus vraag aan jouw cliënten: ‘Wat vind jij er eigenlijk van dat dit is gebeurd? Hoe beïnvloedt dit jouw partnerrelatie? Hoe is het voor je kind om dit mee te maken? Wat denk jij dat in deze situatie het beste is voor je kind?’ Luister goed en laat je verrassen door het antwoord! Door te vragen geef je de ander de ruimte om zijn twijfels en zorgen onder ogen te komen. Of en in welke mate een bepaald gedrag als grensoverschrijdend wordt ervaren verschilt van mens tot mens en wordt mede bepaald door de context. Het is belangrijk je hiervan bewust te zijn, zodat je in staat bent om door te vragen. Wat betekent dit voor jou, hoe heb jij dat ervaren, wat riep het bij jou op? Vraag ook door: wat ging er aan vooraf, wat is er gebeurd, hoe ging het toen verder, hoe liep het af, wat hebben jullie hier achteraf nog over gevonden/besproken met elkaar? Het is daarnaast vaak hel(p)end om grenzen hardop uit te spreken: ‘niemand mag geslagen worden’ ‘dat ís ook ongepast gedrag’, zonder de persoon daarbij te veroordelen. Dat kan je doen door iemand uit te nodigen van perspectief te laten wisselen: ‘hoe zou dat voor diegene zijn, wat zou diegene voelen toen hij/zij dit deed?’. Een mooie vraag is ook vaak: ‘waar heeft diegene geleerd dat dit normaal gedrag is in deze omstandigheden’? Wees je er van bewust dat mensen vaak (nog) houden van de persoon die geweld heeft gebruikt en geef ruimte voor mogelijk tegenstrijdige gevoelens in het gesprek. Zo help je iemand om verder te kijken dan de eerste grote emoties. Het ordenen en verkennen van de verschillende gevoelens van boosheid, angst, liefde en plezier kan helpen om deze te integreren. Dit is uiteindelijk nodig om tot verandering te komen.  


ree

Over de bomen en het bos

Wanneer je als professional te maken krijgt met een gezin zie je steeds momentopnames. Het is belangrijk om je daarvan bewust te zijn en steeds zorgvuldig te onderzoeken wat er daadwerkelijk gaande is. Om professionals aan te moedigen verder te kijken dan hun neus lang is zijn er allerlei meer of minder wetenschappelijk onderbouwde tools ontwikkeld. Er zijn richtlijnen, aanbevelingen en passende interventies beschreven voor multiprobleem-gezinnen, voor kinderen met ADHD, voor kinderen of ouders die problematisch middelen gebruiken, voor ouders met psychiatrische problemen, voor kinderen met trauma, voor kinderen van gescheiden ouders (zie richtlijnenjeugdhulp.nl). Daarnaast zijn er risico- en veiligheidstaxatieinstrumenten voor het in kaart brengen van (signalen van) kindermishandeling. Ook zijn er opsommingen bekend van risicofactoren voor verwaarlozing en kindermishandeling, instructies voor praten met kinderen, vlaggen voor seksueel gedrag, rode vlaggen voor dodelijk geweld, vele culturen die hun invloed hebben. Je moet stress-, trauma- en cultureel-sensitief te werk gaan, liefst met aandacht voor je eigen ervaringskennis. Meebewegen en motiveren, maar ook een goede analyse maken en je niet om de tuin laten leiden. Soms lijkt het wel te veel om op te noemen wat er van jou als professional verwacht wordt. En dan kom je ineens een behapbaar en toch uitdagend model tegen. 5 gezinsprofielen die de werelden van huiselijk geweld en kindermishandeling bij elkaar brengen. Profielen die ruimte geven om het te hebben over de partnerrelatie én over kindermishandeling. Over al die risicofactoren én over de directe veiligheid.


Vijf gezinsprofielen

De 5 gezinsprofielen zoals ze zijn omschreven door Katinka Lünnemann van het Verwey Jonker Instituut geven een behapbare ordening van de vele soorten problemen waar je in een gezinsleven mee te maken krijgt. Het Verwey-Jonker Instituut doet wetenschappelijk onderzoek naar gezinnen waarin huiselijk geweld voorkomt. Het onderzoek laat zien dat de gezinnen die te maken hebben met partnergeweld en kindermishandeling verschillen wat betreft de ernst, soort en frequentie van het geweld, alsook wat betreft de onderliggende risicofactoren en problemen die er in het gezin spelen. Daarnaast zijn er duidelijke genderverschillen als het gaat om geweld in relaties; vrouwen ervaren meer en ernstiger geweld dan mannen. Tenslotte heeft elke soort van huiselijk geweld een ander effect op kinderen. Zo leidt partnergeweld tot meer emotionele onveiligheid en op de langere duur tot traumaklachten bij kinderen. Verwaarlozing daarentegen leidt tot meer hechtingsproblematiek. Wanneer er sprake is van een vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling is er werk aan de winkel. Het is belangrijk om je bewust te zijn van de verschillende factoren en facetten die hierin meespelen. Als in een gezin heel veel verschillende factoren een rol spelen is het helpend om te bepalen welke gezinsprofielen in dat gezin relevant zijn of uitgesloten kunnen worden. Gezinsprofielen sluiten elkaar niet uit en kunnen in de praktijk in elkaar overlopen. Door de geweldsprofielen te onderscheiden, wordt de meest dominante problematiek in een gezin zichtbaar gemaakt. Elk van de geweldsprofielen vraagt een (deels) eigen aanpak, waarin voor alle profielen aandacht moet zijn voor de geweldsproblematiek en vormen van onveiligheid. Bij intieme terreur is sprake van een machtsverschil tussen de partners. Eén partner, meestal de man, oefent dwang en controle uit op zijn partner. Door haar vrijheid te beperken, haar te isoleren en door het gebruik van, vaak ernstig, geweld, ook seksueel. Het slachtoffer en de kinderen voelen zich continu bedreigd en onveilig. Bij het profiel gezin in de stress staat centraal dat er een hoge mate van stress is door een opeenstapeling van factoren. Dit leidt herhaaldelijk tot conflicten waarbij het (ernstige) geweld ook van twee kanten kan komen. Het kan ook vooral eenzijdig geweld zijn, waarbij mannen vaker ernstig geweld gebruiken dan vrouwen. Regelmatig gaat dit samen met alcoholmisbruik bij één van partners. De kinderen kunnen slachtoffer zijn én getuige. In het profiel kindgedrag en opvoedstress staan die zorgen op de voorgrond. De (ernstige) gedragsproblemen van het kind kunnen een reactie zijn op het geweld in huis of voortkomen uit aangeboren problematiek. Het gedrag kan ook conflicten en geweld veroorzaken tussen beide ouders onderling, of tussen ouder en kind. Er is veel opvoedstress en onveiligheid voor de gezinsleden. In het profiel langdurige zorg heeft één (of beide) partners vanwege een beperking of psychische problemen langdurige zorg nodig. In deze gezinnen kan ook geweld tussen partners een rol spelen. Daarnaast is er door de problematiek van ouders vaak een onveilige opvoedsituatie voor de kinderen en komt verwaarlozing vaak voor.  Het kenmerk van het profiel complexe scheiding is dat de problemen vooral rond de omgang spelen na echtscheiding. Na de scheiding is er met name psychisch geweld en een juridisch gevecht om de kinderen. Kinderen hebben last van conflictmomenten van ouders. In de categorie complexe conflictscheiding vallen verschillende voorgeschiedenissen, en kan er sprake zijn geweest van een van de andere vier profielen. In geval van intieme terreur is de kans op stalking bijvoorbeeld groter. Een goed recept voor een complexe scheiding is overigens een of meer van de gezinsprofielen binnen het gezin én een scheiding. De patronen blijven dan bestaan en verplaatsen zich naar het landschap van de complexe scheiding. In gezinnen waarbij sprake is van huiselijk geweld kán een scheiding betekenen dat het geweld stopt. Beide partners leggen zich neer bij de nieuwe situatie en zijn in staat om afspraken te maken over de omgang met de kinderen en zich daaraan te houden. Soms kan een gerechtelijk uitspraak over de omgang hierbij helpend zijn. Maar geweld stopt zeker niet altijd nadat de relatie eindigt. Soms neemt het andere vormen aan zoals stalking, bedreiging en intimidatie. Een scheiding kan ook zorgen voor een escalatie van partnergeweld, tot aan fataal geweld aan toe, vooral als de scheiding wordt ervaren als een verlies van controle. Bij gezinnen waar een patroon van intieme terreur aanwezig is, is een scheiding zelfs een van de gevaarlijkste momenten in het gezin.


Welke aanpak past hangt af van het onderliggende patroon

Het is essentieel dat bij een vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling bij zowel ouders en kinderen zorgvuldig uitgevraagd wordt wat er precies speelt en welke rol iedereen daarin vervult. De profielen zijn helpend om specifieker te kijken naar welke vorm van onveiligheid er speelt en welke problemen, waarbij men zich moet realiseren dat de profielen elkaar ook kunnen overlappen. Betere screening en analyses van het soort geweld en de problematiek in het gezin zijn nodig om gericht maatwerk te bieden. Geweld dat uit onmacht of frustratie voorkomt, vraagt om een andere aanpak, dan geweld dat bedoeld is om te controleren en manipuleren. Zo moeten bij intieme terreur duidelijke grenzen gesteld worden te aanzien van de controlerende en manipulerende pleger. Bij onmacht of frustratie vanwege te hoge stressoren in het gezin is het beter om vooral met begrip te reageren om te zorgen dat er weer rust komt en ruimte om anders te handelen. De aanwezigheid van psychiatrische problematiek, middelengebruik of licht verstandelijk beperking vraagt weer om een andere aanpak.

Bij het maken van een analyse van wat er speelt in een gezin is het helpend om onderstaande thema's / onderwerpen te beschrijven (zie 'Kindermishandeling Inzichtelijk van P. Pollmann). Wanneer je die in kaart hebt gebracht zie je welk gezinsprofiel op de voorgrond staat en welke je eventueel kunt uitsluiten.

  1. De persoonlijkheden van de ouders en hun onderlinge relatie (wees alert op gelijkwaardigheid);

  2. De kwaliteiten van de ouder-kind relatie;

  3. Het gezinssysteem op zichzelf, intergenerationeel en maatschappelijk gezien;

  4. De status en ontwikkeling van het kind in biologisch, psychologisch en sociaal opzicht.


Werkblad Gezinsprofielen

Om professionals te ondersteunen bij het maken van een passende analyse ontwikkelde Flamingo Training en Advies een werkblad bij de vijf gezinsprofielen. Op dit werkblad staan de belangrijkste kenmerken van de gezinsprofielen omschreven én zijn suggesties voor het inzetten van hulp verwerkt. Wil jij dit werkblad ontvangen? Stuur dan een berichtje naar info@jannymetz.nl.

 

 
 
 

Opmerkingen


Basistraining MASIC

bottom of page